hero
DRPP
Small but without limits

Fiscaal

1. Op de belastingsplichtige rust een verplichting tot medewerking aan het fiscaal onderzoek, waaronder de verplichting om aan de fiscus vrije toegang te geven tot de lokalen die voor beroepsdoeleinden worden gebruikt. Dit kan zelfs worden afgedwongen worden middels een dwangsom ( art. 381 WIB92 en art. 92ter WBTW). Dwang mag de fiscus zelf niet aanwenden wanneer de belastingsplichtige zijn vrplichte medewerking niet verleent (1).

De fiscus wordt vermoed steeds toestemming te hebben. Dit betekent niet dat de Bplichtige zich niet kan verzetten, zelfs na initiële goedkeuring, hetgeen recentelijk door het Hof van Cassatie werd bevestigd. (2)

2. Vanaf het aanslagjaar 2023 wordt de gewone aanslagtermijn enigszins verlengd. Bij een tijdige en naar vorm correcte aangifte blijft dit 3 jaar.

Bij een niet tijdige of naar vorm niet correcte wordt dit verlengd tot 4 jaar.

Bij aanwijzingen van belastingontduiking bij de belastingsplichtige kan de fiscus inlichtingen vragen bij de bank  ( art. 322 §2 e.v.WIB 92 en 333/1 WIB 1992). Ze kan dit ook doen indien ze het voornemen heeft een indiciaire taxatie te vestigen bij toepassing van art. 341 WIB 1992.

De gewone aanslagtermijn kan met 4 jaar verlengd worden ingeval van inbreuk op de fiscale wetgeving of haar uitvoeringbesluiten, gedaan met bedrieglijk opzet of met het oogmerk om te schaden, doch enkel mbt de ontrokken inkomsten ingevolge deze daden (3.1). Vanaf het aanslagjaar 2023 wordt deze termijn van 4 jaar verlengd tot 7 jaar!

Boekhoudkundige documenten moeten nu 10 jaar bewaard worden ipv 7 jaar.

Mogelijke onregelmatigheden tijdens het onderzoek leidt niet automatisch tot nietigheid, maar worden volgens de rechtspraak getoetst aan de Antigoon rechtspraak (3.2)

3. Wanneer er geen akkoord is met de aanslag, kan per post, e-mail, fax, MyMinFin, MyMinFinPro, bezwaar worden ingediend. Dit moet gemotiveerd worden om ontvankelijk te zijn. Sins 1.1.2023 werd de bezwaartermijn verlengd van 6 maanden tot 1 jaar. Zolang de adviseur-generaal nog geen beslissing genomen heeft, kunnen aanvullende bezwaarschriften worden ingediend.

4. Een directoriale beslissing moet normaal binnen de 6 maanden worden genomen. Zolang er nog geen beslissing genomen is, kan ook de tussenkomst van de bemiddelingsdienst worden gevraagd. Dit leidt tot een schorsing van de termijnen met 4 maanden.

Er kan tevens een aanvraag worden ingediend tot rechtzetting van de directoriale beslissing uiterlijk in te dienen binnen een termijn van 3 maanden na die beslissing. Er moet een termijn van 1 maand worden afgewacht, vooraleer een vordering in rechte in te dienen ( die in de regel gericht dient te zijn tegen de aanslag en niet de directoriale beslissing).

De directoriale beslissing wordt aangevochten wegens schending van het hoorrecht, de schending van het compensatieverbod en de beginselen van behoorlijk bestuur ( vb. onpartijdigheid).(4)

5. Hoewel de franstalige kamer van cassatie van oordeel is dat eerst een genadeverzoek dient te worden ingediend, kan volgens de nederlandstalige kamer van Cassatie de gewone rechter de fiscale boete onderwerpen en eventueel wijzigen op basis van het evenredigheidsbeginsel. (5)

(1) GwH 12.10.2017, nr 116/2017

(2) HvC 6.10.2017, F.22.0082.F, RW 2023-24, p. 569

(3.1) HvC 24.3.2023, TFR 2023, nr 645, p. 715

(3.2 ) HvB 6.12.2022, RABG 2023/8, p. 687

(4) cfr.T.Martens, De vernietigde directoriale beslissing: (g)een pyrrusoverwinning, TFR, febr. 2023, p.

(5) HvC 24.3.2023, TFR 2023/647, p. 802 ( plus noot p. 797)